Twaalf Duitse kikvorsmannen met de opdracht de Nijmeegse verkeersbrug op te blazen waren uiterst moedig, maar niet succesvol. De sterke stroming van de Waal was oorzaak van de mislukking van de opdracht.
Kikvorsmannen
In september 1944 hadden de kikvorsmannen van het Duitse Marine Einsatzkommando MEK 65 de uiterst gevaarlijke opdracht de Nijmeegse bruggen op te blazen. Van de twaalf kikvorsmannen die de taak hadden om de twee bruggen van Nijmegen onklaar te maken, werden er uiteindelijk tien gevangen genomen door de Britten. Drie daarvan overleden aan de verwondingen die zij hadden opgelopen tijdens hun opdracht. Twee duikers van de eerste groep, met de spoorbrug als doel, wisten uit handen van de geallieerden te blijven. In het snel stromende water van de Waal waren de mannen elkaar kwijtgeraakt. Rond 6 uur ’s morgens hoorden de twee duikers een enorme ontploffing, dat was de spoorbrug. De duikers ontvingen daar later een hoge militaire onderscheiding voor.
Sterke stroming
De Duitsers die de verkeersbrug moesten opblazen waren minder succesvol. De stroming van de Waal was voor hen te sterk en ze werden ontdekt. Onder een spervuur probeerden zij nog wanhopig de bommen te laten zinken en het ontstekingsmechanisme in werking te zetten. Het lukte nog wel, maar de bommen waren volledig uit positie waardoor de bommen slechts minimale schade aanrichtten. De kikvorsmannen waren totaal uitgeput en dreven naar een rivierbank waar ze door de geallieerden gevangen genomen werden.